BOVAG pleit bij EU voor eerlijkere distributiecontracten

Retail slachtoffer van onevenwichtige EU-regels

De huidige EU-regels staan toe dat er onevenwichtige en oneerlijke distributiecontracten kunnen worden opgelegd door bijvoorbeeld autofabrikanten en oliemaatschappijen. De retail, die nu per definitie in de zwakkere onderhandelingspositie verkeert, is daar de dupe van. Daarom heeft BOVAG vandaag bij de Europese Commissie gepleit voor regels die een eind maken aan deze oneerlijke handelspraktijk.

Volgens BOVAG is er in de Europese Unie grote behoefte aan eenvormige, evenwichtige regelgeving inzake distributiecontracten. Er is nu geen level playing field in Europa. Met name de retail is de onderliggende partij en kan op basis van de huidige nationale en EU-regelgeving moeilijk een vuist maken tegen voor hen zeer ongunstige distributiecontracten. Het is steeds vaker slikken of stikken, zonder dat er ruimte is voor onderhandelen over de contracten. BOVAG doet zijn uiterste best om bijvoorbeeld de dealercontracten die autofabrikanten hun dealers voorleggen evenwichtiger te krijgen. En vaak lukt dat deels ook wel. Maar de huidige regels geven retailers te weinig houvast om écht evenwichtige afspraken te kunnen afdwingen.

Onevenwichtig
Een voorbeeld van onevenwichtige voorwaarden is dat de importeurs zich in steeds ruimere mate voorbehouden om zélf rechtstreeks, buiten de dealer om, te verkopen terwijl de dealer geconfronteerd wordt met hoge verplichte investeringen en steeds hogere eisen voor wat betreft de exclusieve inkoop bij zijn leverancier. Daarnaast is in de contracten vaak sprake van de mogelijkheid om het contract op te zeggen zonder dat daar enige vergoeding tegenover staat voor de hoge investeringen van de dealer en de opgebouwde goodwill. Voorts kunnen leveranciers conform de contracten eenzijdig belangrijke afspraken wijzigen, zonder akkoord van de afnemer dus. En dan hebben leveranciers er in de contracten ook nog een handje van om bij modelwijzigingen, overschrijding van leveringstermijnen, prijswijzigingen en schades de risico’s te verleggen naar de afnemer. In brandstofland is het bijvoorbeeld lastig om evenwichtige afspraken te maken over de verdiensystematiek. Stuk voor stuk oneerlijk en onacceptabel.

Machtsverhouding
BOVAG-jurist en –lobbyist Arnold Koopmans was deze week daarom op bezoek bij mevrouw Rehbinder, van de Europese Commissie. Hij heeft daar gepleit voor Europese regelgeving die gelijkwaardigheid in de distributiekolom bevordert. Daar zijn niet alleen retailers, maar ook consumenten bij gebaat. Een evenwichtige machtsverhouding tussen fabrikant en retailers levert immers meer gezonde concurrentie op, en meer diversiteit. Ondernemers kunnen weer ondernemen in plaats van alleen aan de leiband van hun leverancier lopen. Koopmans: “ We willen dat er regelgeving komt waarin bepalingen worden opgenomen die als ‘vermoedelijk onevenwichtig’ worden aangemerkt en we willen een algemene clausule met daarin het verbod tot het gebruik van bepalingen die de positie van een der partijen onredelijk benadelen. Voor sommige branches bestaan er al codes. Denk aan de voedingsmiddelensector. En in sommige EU-landen is er nationale wetgeving die zorgt voor een eerlijker speelveld. Maar overall gaat het op dit vlak mis in Europa. Daarom is het tijd voor een EU-brede aanpak van dit probleem. Uit het gesprek met de Europese Commissie blijkt dat er daar veel begrip is voor onze klachten. Tegelijk zal het een kwestie van lange adem worden, om hier wat aan te veranderen. Maar ik zie daar voldoende aanknopingspunten voor. BOVAG gaat daar, samen met de Cecra, de komende tijd in elk geval veel tijd en energie in steken.”

Deze pagina delen